3. Fruitsoorten:

 

Citroen

 

De citroen is een gele citrusvrucht met een zure smaak die veroorzaakt wordt door het aanwezige citroenzuur dat ook in veel andere citrusvruchten voorkomt.

De citroen bevat veel vitamine C en wordt in kleine hoeveelheden in veel gerechten gebruikt als smaakmaker, maar ook in gebak zoals cake. Daarvoor is ook geraspte citroenschil goed bruikbaar. Uit de schil van de citroen wordt door persing of stoomdestillatie een etherische olie bereid die veel gebruikt wordt in parfum, waaronder eau de cologne, andere cosmetica en in limonades en snoepgoed.

In fruitsalades is citroen heel geschikt om bruinverkleuring van de andere vruchten, zoals appels, te voorkomen.

De schil van de citroen wordt wel gebruikt om gebak smaak te geven. Een drank die met citroensap gemaakt wordt is kwast.

 

Mango

 

Mango's kunnen verschillende kleuren hebben. De schil van een rijpe mango kan groen-geel, oranje of rood van kleur zijn. Het vruchtvlees van een mango heeft een oranje kleur. Mango's groeien aan lange stelen aan de mangoboom. Mangobomen kunnen tot 30m hoog worden. De meeste mango's zijn 10 tot 15 cm lang. Mango's vinden hun oorsprong in India en worden ook 'koningen der tropische vruchten' genoemd.

Om te weten of een mango vers is, voel je aan de vrucht. Wanneer deze lichtjes meegeeft, dan weet u dat ze rijp is. De schil van de mango moet glad zijn. De rijpheid is niet uit te maken via de kleur van de vrucht.

Mango's hebben een frisse, exotische smaak en zijn heerlijk in salades. Deze vruchten kunnen echter ook gebruikt worden bij de bereiding van sauzen, sorbets en bij vlees.

 

Ananas

 

De ananas is een tropische plant, oorspronkelijk afkomstig uit Brazilië, Bolivia en Paraguay. De vrucht is een grote samengestelde vrucht en ontstaat uit vele kleine besjes die samengroeien. De ananas kan wel 30 cm lang en meer dan 4 kg zwaar worden, heeft bovenop een rozet van bladeren en is cilindrisch tot kegelvormig. De kleur van de schil is groenachtig tot bruinachtig, het vruchtvlees is lichtgeel tot geel en de smaak is zoet tot zoetzuur. De ananas is rijk aan vitaminen zoals: bètacaroteen, vitamine E en mineralen zoals: kalium, magnesium, fosfor, ijzer, koper, mangaan, zink en jodium.

 

De wereldproductie wordt gedomineerd door Zuidoost-Azië, met name Thailand en de Filipijnen.

De ananas bevat ook het eiwit-verterende enzym bromelaïne, een stof die vaak gebruikt wordt voor het malser maken van vlees. Dit enzym is aanwezig in alle delen van de plant, maar voornamelijk in de steel. Omdat verse ananas bromelaïne bevat, kan het niet gebruikt worden in gerechten met gelatine omdat het enzym de eiwitten (en dus de gelatine) afbreekt.

 

Aardbeien

 

De aardbei draagt de Latijnse naam Fragaria, wat afgeleid is van het woord fraga (vertaald: aardbeitje). Symboliek staan de aardbei voor kortstondig genot. Aardbeien dragen ook de naam "zomerkoninkjes". Aardbeien behoren tot de rozenfamilie. Het zijn bloeiende planten waarvan de vruchten eetbaar zijn. De aardbei is een schijnvrucht*.

Aardbeien zijn in de groente- en fruitwinkel verkrijgbaar vanaf eind maart. Ze worden voornamelijk geteeld in verwarmde kassen. De aardbeien die in de maand juni in de winkel liggen zijn van de volle grond. Deze maand begint het hoofdseizoen voor de aardbeien. In de zomer zijn ze dan ook het lekkerst. De aardbeien worden zoeter naarmate er meer zon op schijnt. Door de vernieuwde teelttechnieken is het tegenwoordig mogelijk om tot het einde van het jaar verse aardbeien te kopen.

Let op bij de aankoop van aardbeien of de vruchten er glanzen fris en helder rood uit zien. Matte of zachte exemplaren duiden vaak op overrijpheid. Aardbeien houden niet van warmte of langdurig transport. Ze zullen snel plekken krijgen die spoedig zullen gaan rotten. Aardbeien bewaart u het best droog en koel (met de kroontjes nog aan de vrucht). De vruchten met weke plekken verwijdert u het best helemaal.

Was de aardbeien voorzichtig. Verwijder het kroontje pas na het schoonspoelen. Zo behoudt ze haar aroma. Laat de aardbeien in een vergiet uitlekken. Dep ze droog met keukenpapier. Aardbeien voor garnering houdt u heel mooi door ze even in ijskoud water te dompelen en vervolgens op een doek te drogen. Aardbeien behoren tot de meest populaire kleine fruitsoorten. Je kunt ze zo opeten. Aardbeien worden verwerkt in ijs, gebak, desserts, salades, of gepureerd in saus, siroop of jam. Aardbeien zijn prima vruchten voor bij de chocoladefondue. Ze doen het goed in een vruchtensalade of vruchtenbowl. Ze fleuren ieder dessert of gebak met hun vrolijke vorm op. Aardbeien hebben een hoog vitamine C-gehalte.

 

Er is sprake van een schijnvrucht, als een plant zo op het oog een vrucht vormt, die bij plantkundige bestudering geen echte vrucht blijkt te zijn. In de plantkunde ontstaat een vrucht uit het vruchtbeginsel. We spreken van een schijnvrucht wanneer naast het vruchtbeginsel en het zaadbeginsel, ook andere plantendelen gaan meedoen met de vruchtvorming. De schijnvrucht bestaat niet enkel meer uit de vruchtwand en het zaad. Andere plantendelen die aan de vruchtvorming meedoen, kunnen zijn: de bloembodem, de kelkblaadjes of de bloeistengel.

 

Een allergie voor aardbeien komt zelden voor (0,7% van de voedingsallergieën bij volwassenen). De aardbei als voedingsmiddel is een histamino-liberator. Dat wil zeggen dat ze het vrijkomen van histamines door ons afweersysteem gaat bevorderen. Histamine is een stof die normaal in ons lichaam aanwezig is maar die ook een verband heeft met allergische aandoeningen zoals astma en netelroos. Om deze reden kan de aardbei verantwoordelijk zijn voor de zogenaamde pseudo-voedingsallergieën. In tegenstelling tot echte allergieën leiden pseudo-allergieën niet tot de vorming van specifieke antilichamen, en de symptomen, ofschoon onaangenaam, zijn niet zo erg als bij een echte allergie. Histamine en andere biogene amines bevinden zich ook in talrijke voedingsstoffen (kaas, chocolade, bananen, tomaten,...) die de oorzaak kunnen zijn van pseudo-allergieën bij personen die ervoor gevoelig zijn of die bepaalde medicatie nemen.

 

Gedroogde abrikozen

 

Abrikozen zijn kleine gele vruchten. Ze behoren net als de perzik, de pruim en de nectarine tot de familie van de steenvruchten. Dit houdt in dat in het midden van deze vrucht een vrij grote steenachtige pit voorkomt. Als de vrucht voldoende rijp is, zal het vruchtvlees makkelijk loslaten van de pit.

 

De Abrikoos is een populaire vrucht. Ze stamt uit Noordoost-China tegen de Russische grens. Tegenwoordig worden abrikozen vooral in Italië en Spanje geteeld. Ook meer noordelijk zoals in het Oostenrijkse Wachau (Oostenrijk) en het Zwitserse kanton Wallis worden abrikozen geteeld. Turkije produceert 85% van de wereldproductie aan gedroogde abrikozen en abrikozenpitten.

 

De meeste soorten gedroogde abrikozen zijn zacht, of 'ready to eat' wat betekent dat ze niet meer geweekt hoeven te worden vóór het eten of verwerken. Gedroogde abrikozen bevatten na het drogen relatief veel suiker; vaak zo tussen de 40 - 45 procent. De gedroogde abrikozen bevatten ook veel B-vitamines en ijzer.

 

Gedroogde pruimen

 

Gedroogde vruchten hebben een hogere voedingswaarde dan verse vruchten.

Dat is eigenlijk heel logisch; omdat het vocht voor een groot gedeelte eruit gehaald is maar alle voedingstoffen bewaard blijven, wordt de voedingswaarde per gewichtseenheid meer.

Dit geldt niet alleen voor de suikers maar ook voor de vitamines, vezels, bioactieve stoffen en mineralen.

Hierdoor vormt (gedroogd) fruit een welkome aanvulling in een verantwoorde maaltijd.

Pruimen bevatten net als peren en druiven weinig vitamine C, maar wel veel anthocyanen: polyfenolen die de vrucht haar mooie paarse kleur en haar sterke antioxiderende werking bezorgen. Vandaar dat u ze beter verorbert met de schil. Ze bevatten ook verschillende vitamines uit de B-groep en een flinke dosis bètacaroteen of provitamine A - als het om paarse of gele pruimen gaat - en vitamine E, waardoor ze opnieuw een sterke antioxiderende werking hebben. De pruim levert niet alleen kalium, maar ook flink wat calcium, magnesium, ijzer en koper.

Ook een belangrijkste troef van pruimen is hun laxerende werking, weliswaar niet "explosief", maar toch voldoende om de darmen te doen werken; trouwens een deugd die onze grootmoeders al kenden. Dat heeft in de eerste plaats te maken met de grote hoeveelheid vezels die ze bevatten. Op dat vlak behoren ze tot de koplopers bij de vruchten.